Goed nieuws: flexwerker en uitzendkracht eerder betrokken bij medezeggenschap

Door: Wieteke Krol 

Per 1 januari 2022 heeft er een wetswijziging plaatsgevonden in de WOR die de positie van flexwerkers en uitzendkrachten met betrekking tot medezeggenschap heeft versterkt: de Verzamelwet SZW 2022. Dit vind ik – en vinden wij als MZ Services – geweldig nieuws, want het besluit raakt de essentie en de waarde van medezeggenschap. Ik vertel je waarom. 

De Verzamelwet SZW 2022 (Sociale Zaken en Werkgelegenheid) houdt in dat de termijnen voor actief en passief kiesrecht voor flexwerkers zijn verkort naar 3 maanden. Uitzendkrachten krijgen hierdoor bijvoorbeeld al na 18 maanden actief en passief kiesrecht. Als gevolg van de invoering van de nieuwe wet zullen veel ondernemingsraden hun reglement aanpassen. 

De essentie van medezeggenschap

Laten we het eerst hebben over de bedoeling van medezeggenschap. Het belang van medezeggenschap voor medewerkers is dat zij kunnen meedenken over de invulling van hun werk en invloed hebben op belangrijke besluiten in de organisatie. Een OR is de vertegenwoordiging van alle ‘in de onderneming werkzame personen’, zo luidt de wet. 

Mening van uitzendkracht en flexwerker doet ertoe

Uitzendkrachten en flexwerkers wekken de indruk dat ze zich wat minder verbonden of betrokken voelen bij een organisatie. In de praktijk ligt dit veel genuanceerder. Uitzendkrachten werken vaak veel langer voor de organisatie dan oorspronkelijk de bedoeling was. Soms treden zij, vaak na meerdere uitzendcontracten, zelfs in dienst. 

En ook al treedt een uitzendkracht niet in dienst, of is een flexwerker alleen tijdens een kortlopend project betrokken, in de tijd binnen de organisatie zijn ze wél medewerkers. Hun meningen doen er dus toe. Een organisatie is niet van een beperkt aantal medewerkers, maar van iedereen die er – kort of lang – deel van uitmaakt.

Brede medezeggenschap

Bij MZ Services geloven we dat participatie bijdraagt aan het goed functioneren van een organisatie. We streven daarom naar een ‘brede medezeggenschap’. Hoe meer mensen, met wat voor een soort contract of aanstelling dan ook, kunnen deelnemen aan de medezeggenschap, hoe beter de representatie is en hoe groter het draagvlak van de ondernemingsraad binnen de organisatie. 

Dankzij een ‘brede medezeggenschap’ weet een directeur ook beter hoe een plan zal uitpakken en wat het draagvlak ervoor is. Aan het gedrag van medewerkers is goed te zien of zij voldoende betrokken waren.
Wieteke Krol

Samenwerking OR en bestuurder

We geloven in een goede samenwerking tussen OR en bestuurder. Hoe beter de bestuurder betrokken is bij de OR en er samengewerkt wordt, hoe beter de OR zijn rol als ‘vertegenwoordiger van alle werkzame personen’, kan vervullen. Samenwerking tussen OR en bestuurder is altijd mogelijk, ook als de bestuurder op het punt staat om een vervelend besluit te nemen. Binnen de samenwerking kun je dan tot een mooi plan komen dat breed gedragen wordt. 

Meer mogelijkheden om plaats te nemen in commissie

Met de invoering van de Verzamelwet is ook de eis vervallen dat vaste commissies in meerderheid uit OR-leden bestaan. Ook deze wijziging van de WOR geeft (tijdelijke) werknemers, dus ook flexwerkers en uitzendkrachten, die geen lid zijn van de OR meer ruimte om – via een vaste of andere OR-commissie deel te nemen aan de medezeggenschap. 

Hulp nodig om je reglement aan te passen door de Verzamelwet?