De toekomst van vakbonden: is het einde in zicht?

25 november 2019

Door: Patrick Hüngens

FNV heeft nog minder dan 1 miljoen leden. Een leegloop die jaren geleden al werd ingezet en waarvan de ondergrens nog niet bereikt lijkt te zijn. Want wat is eigenlijk de waarde van de vakbond in de huidige maatschappij? De vakbond geeft medewerkers een stem en komt op voor hun belangen. Maar hebben werknemers die steun nog wel nodig? Uit de ledencijfers zou je kunnen afleiden dat dit blijkbaar niet het geval is.

Samen staan we sterkSamen staan we sterker

De vakbonden ontstonden ruim een eeuw geleden vanuit een solidariteitsgedachte: in ons eentje lukt het niet om voor onszelf op te komen, dus organiseren we ons. Een logische gedachte. Maar in een individualiserende maatschappij wordt de kracht van deze boodschap steeds minder. 

Werknemers hebben al een rechtsbijstandverzekering of zijn inmiddels zelf mondig genoeg. Bovendien is ook – eerlijk is eerlijk – de houding van de meeste werkgevers ten opzichte van hun personeel positief veranderd. Vakbondslid ben je dan alleen nog voor het collectieve gedeelte. Maar die nieuwe cao komt er ook zonder jouw lidmaatschap. En het is nog best duur ook om lid te zijn. 

Als vakbonden blijven doen wat ze nu doen, moeten ze binnenkort zelf met pensioen.

Hard actievoeren? Liever niet

Een probleem waar vakbonden ook tegenaan lopen: als ze hun zin niet krijgen hanteren ze nog altijd de jaren-70-methodiek van het harde actievoeren. Maar de nieuwe generatie werknemers heeft geen behoefte om de barricaden op te gaan of hekken dicht te lassen. En als ze bij werkgever A hun zin niet krijgen, gaan ze wel door naar werkgever B. Daardoor is de aansluiting met de achterban volledig zoek.

Patrick Hüngens

De jeugd heeft de toekomst, maar de vakbond lijkt soms meer op een bejaardensoos. Toen ik mijn functie als bestuurder van CNV Publieke Zaak in 2006 neerlegde, was ruim een kwart van de 85.000 leden gepensioneerd of met de VUT. Dat moet en kan anders.

Plank misslaan

De werkwijze van vakbonden is soms zelfs onbegrijpelijk. Dat werd in 2018 duidelijk tijdens de CAO-acties bij VDL Nedcar. Daar vonden tegelijkertijd net onderhandelingen met opdrachtgever BMW plaats over het afsluiten van nieuwe contracten. Door de acties werd de leveringszekerheid betwijfeld, waarop BMW de productie vanwege langdurige stakingen terug schroefde

Die paar procent loonsverhoging werd bereikt, maar tegelijkertijd kwam de werkgelegenheid van heel wat mensen in het geding. Zo gooi je het kind met het badwater weg, toch? Bovendien kun je je afvragen: kwam die loonsverhoging er dankzij, of ondanks de acties…?

De vakbond zou als expert in het midden van het krachtenveld moeten gaan staan.

Een vereniging die ver weg is

Toen ik in 1995 bij het CNV begon, waren er onder de paraplu van de Vakcentrale nog 13 herkenbare bonden. Deze waren regionaal zichtbaar met regiokantoren, actieve groepen van (kader)leden en ledenactiviteiten. In 2019 zijn daar nog 2 bonden van over en 1 centraal kantoor. Dat is niet goed. Om betrokkenheid en herkenbaarheid te stimuleren, moeten verenigingen dicht bij hun leden blijven. Nu dit allemaal verdwenen is, kijk ik er niet van op dat leden afhaken. 

Een OR die de verbinding met zijn achterban laat versloffen, heeft moeite met kandidaten werven of tot (re)acties aan te zetten. Voor vakbonden is dat niet anders.

Laat de oude principes van de vakbond varen

Zo bevordert jouw OR de participatie van medewerkers.Is er dan nog hoop voor de vakbond? Ik denk het wel. Want betrouwbare informatie, daar is wél behoefte aan. Er verandert de laatste jaren veel op het gebied van arbeidsvoorwaarden, pensioen en sociale zekerheid. Die veranderingen leiden tot massa’s vragen, waarop werknemers graag een compleet en genuanceerd antwoord willen. 

Wat de vakbonden kunnen doen? Communiceren. Hou op met moddergooien en accepteer de realiteit: de oude principes werken niet meer. Wijs werknemers liever de weg. Ontwikkel deskundigheid en ga op basis daarvan het gesprek aan, ook met werkgevers. Ga op zoek naar wat verbindt in plaats van tegenstellingen uit te vergroten. Onderhandel niet vanuit de loopgraaf en begin met beïnvloeden op basis van inhoudelijke argumenten – want die zijn er best!

Profileer je als specialist op het gebied van arbeidsvoorwaarden, sociaal beleid en pensioenen, in plaats van als stormram die wars is van andermans belangen.

Belangen behartigen begint met goed te luisteren naar je leden, naar je potentiële leden, maar ook naar de andere partij! Zo geef je ook de jonge generatie een reden om lid te worden. Het is nog niet te laat, maar wacht er niet te lang mee…

Ook OR’en doen hun best om de aansluiting met de achterban opnieuw te vinden. Zorgorganisatie Talma Borgh vond hier een creatieve manier voor.