Nieuwe fusiegedragsregels
De Sociaal-Economische Raad (SER) heeft de Fusiegedragsregels uit 2000 gewijzigd. De nieuwe Fusiegedragsregels zijn per 1 oktober 2015 in werking getreden. Een belangrijke wijziging is dat de nieuwe regels ook gelden voor de overheid, de non-profit en het vrije beroep.
De Sociaal-Economische Raad (SER) heeft de Fusiegedragsregels uit 2000 gewijzigd. De nieuwe Fusiegedragsregels zijn per 1 oktober 2015 in werking getreden. Een belangrijke wijziging is dat de nieuwe regels ook gelden voor de overheid, de non-profit en het vrije beroep.
Wat is nog meer gewijzigd?
Door de ruimere werkingssfeer van de nieuwe Fusiegedragsregels (Bekijk de SER Fusiegedragsregels 2015) vallen organisaties in de culturele sector, de zorg en het onderwijs straks ook onder de nieuwe gedragsregels bij fusies. Een tweede grote wijziging is dat er straks de mogelijkheid bestaat tot bemiddeling. Die bemiddeling kan uitkomst bieden als betrokken partijen een klacht hebben over het niet naleven van de Fusiegedragsregels.
De OR heeft adviesrecht bij fusie
De OR heeft niet de mogelijkheid om gebruik te maken van de bemiddeling kan ook geen klacht indienen bij de Geschillencommissie Fusiegedragsregels. Dit is voorbehouden aan de betrokken partijen: de werkgever en de vakbonden. De OR kan wél invloed uitoefenen via zijn adviesrecht. De OR heeft adviesrecht volgens artikel 25 lid 1 WOR. Ontstaat er op basis van het adviestraject een verschil van mening tussen OR en de bestuurder, dan kan de OR natuurlijk wel de bedrijfscommissie om bemiddeling vragen.
Tijdig op de hoogte voor wezenlijke invloed
Zowel de vakbonden als de OR moeten tijdig op de hoogte worden gesteld van de fusieplannen, zodat de OR nog wezenlijke invloed heeft op het besluit. De Fusiegedragsregels beschermen de belangen van werknemers bij een fusie. Dat kan gaan om hun positie, maar ook om hun arbeidsvoorwaarden zoals bij de harmonisatie daarvan.